Om een paard te kunnen gebruiken voor onze doelen ( dressuur, springen recreatie etc.) is het van belang dat een paard basaal gezond is.
Om überhaupt een zadel op een rug te plaatsten en erop te gaan zitten is het een voorwaarde om een normaal ontwikkelde en gezonde rug te hebben. Dit houd in een mooie vulling en zachte rugbespiering. Dit is eigenlijk simpelweg het gevolg van een goed management, zoals voldoende buiten kunnen scharrelen en voldoende ruwvoer en vitamines en mineralen. Hiervoor is dus niet primair training nodig, maar een gezonde voedingstoestand.
De training zal uiteraard bijdragen aan een een bepaalde houding/uiterlijk, spieren versterken en prestaties leveren. Toch wil ik benadrukken dat vooraf aan training een paard wel al moet voldoen aan een aantal basis voorwaarden en dat is een normaal gezond ontwikkeld uiterlijk. Een paard heeft daarvoor allereerst nodig dat in basisbehoeftes wordt voorzien. Een van die behoeftes die ik hier wil bespreken, is een gezonde voedingstoestand.
De juiste beoordeling van de voedingstoestand is van belang. Op de ribbenkast, kun je met de handen voelen of daar een klein laagje aan vetweefsel zit. Hierdoor kun je aangeven of een paard mager, schraal, gezond of eerder wat te ruim in voedingstoestand is.
Het achterste deel van de buik kan bepaalde vormen aannemen, dit zegt bijna niets over het gewicht echter, maar meer over ruwvoer vulling van de dikke darm, maar ook de mate van gasvorming door de bacterieflora bepaalt de buikvorm.
Een gezond paard heeft een ontspannen ronde buik met gevulde flanken en door de zomervacht mag je iets de welving van de ribben zien, door de wintervacht behoor je de ribben niet te veel te zien. (bovenste foto)
Uiteraard kan er variatie zijn door vorm van training, een top renpaard heeft voor deze tak van sport vaak een duidelijk minder gevulde buik, daarentegen heeft een dressuur paard vaak een wat voller uiterlijk. Echter als we het hebben over puur welzijn en gezondheid dan is het van belang dat een paard een voldoende gevulde en ontspannen buik heeft.
Wat in de praktijk nog wel eens gebeurd, is dat een paard met eigenlijk een heel matige vetreserve (ofwel een heel goed zichtbare ribbenkast ) maar wel een heel bolle buik; als “dik” wordt geïnterpreteerd en dan op rantsoen wordt gezet, met alle ernstige gevolgen van dien. Zo’n bolle ronde buik lijkt vaak wat op een drachtige buik; wat uitpuilend naar de zijkant als je een paard van achteren bekijkt en wat hangend naar beneden.
Waar het vaak misgaat is tekort ruwvoer of verkeerde kwaliteit van ruwvoer. Dat kan een afwijkende bacterie flora in de darm veroorzaken waardoor het paard erg veel gas gaat produceren, een erg uitpuilende buik naar de zijdes toe (van achteren goed zichtbaar, soort drachtige merrie buik) kan een gevolg zijn. We hebben hier dan een probleem in het metabolisme van voeding. Hierbij zien we vaak een armbespierde of zelfs een weggevallen rugspier omdat het paard oa spiermassa gaat verbruiken om te voorzien in energie behoefte (onderste foto).
Een ander veel voorkomend type buik is de strakke opgetrokken “renpaard” buik. Dat is niet als gevolg van gezonde sterke buikspieren maar meestal veroorzaakt door een tekort aan ruwvoervulling in combinatie met rugproblemen (wervelkolom) waardoor een “stress buik” (teveel opgetrokken) ontstaat. Ook hierbij is vaak sprake van een weggevallen rugspier (onderste foto.)
Van belang is hierbij te vermelden dat de oplossing dan zeker niet ligt in een stukje training maar eerst de juiste basale voedingstoestand te creëren en daarna pas het paard weer te belasten. Onder deze slechte condities is namelijk de kans op oplopen van blessures heel groot! Fysieke arbeid op wat voor manier dan ook pas gezond als het lichaam van de juiste voeding is voorzien.